Onderzoek in de kijker: Roi Pineda
Wie is Roi Pineda?
Roi is een gepassioneerde onderzoeker bij G-sport Vlaanderen, met roots in de ergotherapie en een internationale academische achtergrond. Zijn pad bracht hem van de Filipijnen naar België, waar hij via het Erasmus Mundus-programma en een doctoraat aan KU Leuven zijn expertise in aangepaste fysieke activiteit verder uitbouwde. Vandaag zet hij zich bij G-sport Vlaanderen en KU Leuven in voor meer inclusie en participatie in de sportwereld. Met een scherp oog voor barrières én mogelijkheden onderzoekt hij hoe mensen met een beperking — van doven en slechthorenden tot topsporters met een verstandelijke beperking — hun weg vinden in de sport.
Waarom doe je onderzoek binnen G-sport?
Als ik één reden moet geven waarom ik onderzoek doe in de G-sport, dan is het wel door de ervaring tijdens mijn doctoraat. Tijdens mijn doctoraat onderzocht ik hoe goed topsporters met een verstandelijke beperking verschillende denktaken tegelijk konden uitvoeren. Dit heb ik vervolgens vergeleken met mensen met een verstandelijke beperking die geen topsporters waren. Tijdens dat traject kreeg ik de kans om niet alleen in het labo, maar ook op internationale competities zoals het WK in contact te komen met topsporters, coaches en familieleden. Die ontmoetingen op en naast het veld openden mijn ogen: het atletisch vermogen van deze sporters is indrukwekkend. Tegelijkertijd hoorde ik over de vele barrières die ze moeten overwinnen — en dat doen ze met overtuiging, omdat sport hun plezier brengt en sociale banden versterkt, zelfs over taalgrenzen heen.
Neem je ons even mee doorheen de belangrijkste mijlpalen in jouw onderzoekscarrière?
Ik ben van opleiding ergotherapeut, en al tijdens mijn studies wist ik dat ik onderzoek wilde doen. Mijn mentor raadde me aan om eerst enkele jaren praktijkervaring op te doen, zodat ik beter kon bepalen welke richting ik uit wilde. Zo werkte ik als ergotherapeut in een ziekenhuis in de Filipijnen, waar ik vooral mensen begeleidde in het opnieuw aanleren van dagelijkse activiteiten tijdens de acute revalidatiefase.
Na een tijd begon het te knagen dat ik zelden de kans kreeg om mensen met een beperking te begeleiden in activiteiten die ook ná hun ontslag uit het ziekenhuis belangrijk zijn. Ik geloof sterk dat ons beroep vraagt om vertrouwd te zijn met een brede waaier aan menselijke activiteiten — niet enkel de dagelijkse. Dat inzicht werd het startpunt van mijn onderzoeksreis. Ik solliciteerde voor een beurs voor de Erasmus Mundus Master in Adapted Physical Activity, kreeg die toegekend, en kwam naar België om te studeren aan KU Leuven.
In België kreeg ik toegang tot middelen die in de Filipijnen niet beschikbaar waren. De internationale ervaring aan KU Leuven gaf me kennis, vaardigheden en attitudes die me gevormd hebben tot de onderzoeker die ik vandaag ben. Hier maakte ik ook voor het eerst kennis met sport voor mensen met een beperking — een thema dat sindsdien centraal staat in mijn werk aan KU Leuven en G-sport Vlaanderen. Mijn doctoraat aan KU Leuven was een periode waarin ik mijn onderzoeksvaardigheden en netwerk echt heb kunnen uitbouwen.
De combinatie van ergotherapie en aangepaste bewegingsactiviteiten heeft me de kans gegeven om samen te werken rond uiteenlopende thema’s. Hoewel mijn hoofdthema G-sport is, heb ik ook onderzoek gedaan naar ergotherapie, interprofessioneel onderwijs, disability studies en motorisch leren. De methodologische bagage die ik daarbij heb opgebouwd, komt mijn werk in de G-sport dagelijks ten goede.
Wat staat er nog op de planning voor de (nabije) toekomst?
Binnen mijn G-sportonderzoek werk ik momenteel aan twee grote lijnen. De eerste focust op G-sportparticipatie in Vlaanderen. We bouwen verder op de resultaten van de participatieonderzoeken uit 2018 en 2024. Daarbij zoomen we in op de meest genoemde barrière: dat de beperking zelf als hindernis wordt ervaren om aan sport te doen. Via interviews willen we nagaan hoe mensen met een beperking hun sportbeleving vormgeven — van de keuze voor een sport tot de context waarin ze die beoefenen. We doen dit voor elk van de zeven doelgroepen van G-sport Vlaanderen. Momenteel zijn we gestart met de doelgroep doven en slechthorenden. Als relatief nieuwe doelgroep binnen G-sport Vlaanderen is het cruciaal om hun sportgedrag en de barrières die zij ervaren goed te begrijpen, zodat we gepaste beleidsmaatregelen en programma’s kunnen ontwikkelen.
Daarnaast blijf ik ook onderzoek doen naar topsporters met een verstandelijke beperking, in samenwerking met KU Leuven. Deze groep is het minst vertegenwoordigd op de Paralympische Spelen — ze mogen slechts deelnemen aan drie sporten: atletiek, zwemmen en tafeltennis. Wij willen hun vertegenwoordiging uitbreiden naar andere sporten zoals basketbal, karate en skiën. In de Winterspelen zijn ze momenteel zelfs helemaal niet vertegenwoordigd. Daar willen we verandering in brengen.
Wat wil je onze lezers nog meegeven?
Ik denk dat we de huidige stand van zaken rond sportparticipatie van mensen met een beperking in Vlaanderen — en wereldwijd — moeten erkennen. Enerzijds mogen we trots zijn op de vooruitgang die we al geboekt hebben. Dat zie je duidelijk als je de resultaten van de nulmeting en vervolgmeting van G-sportparticipatie vergelijkt. Anderzijds moeten we ook beseffen dat er nog veel werk aan de winkel is. Die balans tussen erkenning en ambitie is belangrijk: ze motiveert ons om te blijven verbeteren, zonder onrealistische verwachtingen te creëren. Zo kunnen we samen bouwen aan een sportlandschap waarin elke sporter met een beperking zich ondersteund voelt.
Meer weten?
Alles over het participatieonderzoek lees je hier. Heb je vragen? Neem dan gerust contact op met Roi via Roi.Pineda@gsportvlaanderen.be !